Lees het verhaal achter de foto over de melkboer en zijn werk in Borne.
In mijn tienerjaren reed ik een tijdje mee op de toen SRV-wagen van de melkboer die bij ons in de buurt kwam.
Melk was vroeger een bijproduct voor de boer, melken was voor de boerin. Drie keer per dag werd de smerige koe gemolken in een vuile stal. Dit
zorgde vaak voor verontreinigde melk, destijds nam men de hygiëne niet zo nauw, waardoor veel kinderen darminfecties opliepen.
Tot het einde van de negentiende eeuw werd melk op melkmarkten verkocht of aan huis gebracht. De melk werd vervoerd in houten vaten, die vaak met slootwater werden schoongemaakt. Het rondventen van de melk ging vaak met paard en wagen (foto) of hondenkarren. Later kwam de bakfiets en daarna de ijzeren hond. De gemotoriseerde SRV-wagen markeerde de laatste fase van bezorging aan huis, toen was de melkboer inmiddels gepromoveerd was tot ‘melkman’. Sommige werkloze boerenzoons trokken naar de stad en begonnen een winkel waar ze melk, boter, kaas en eieren verkochten. Melkwinkels waren vaak echte buurtzaken. De klanten namen niet altijd pannen mee. Er bestond een systeem van groenteblikken met hengsel, die de melkboer schoonmaakte.
Er was veel concurrentie. Vaak verscheen in een trappenhuis meer dan een melkboer en na een verhuizing stonden meerdere melkboeren op de stoep om hun diensten aan te bieden. De melkboer had soms een ‘loper’. Dat was een sleutel die op alle deuren paste, of de keukendeur was open zodat een klaarstaande pan met melk kon worden gevuld. Vaak werd aan klanten krediet verleend, het zogenoemde poffen.
Na 1886 kwam de zuivelfabriek van de grond. De eerste jaren bracht de boer de melk zelf naar de fabriek met paard en wagen of met de hondenkar. Niet alleen de boeren werden er beter van maar ook de consument kon hierdoor betere producten kopen. De fabriek garandeerde veilige drinkmelk en goede boter. In 1925 werd de melkkeuring verplicht.
Na de Tweede Wereldoorlog werd de melkhandel begin jaren ’60 gesaneerd, iedere melkslijter kreeg een exclusieve wijk toebedeeld. Voor veel boeren was dit een aanleiding om te stoppen met hun bedrijf. De aanduiding melkboer raakte in onbruik en de melkman bediende met een ondertussen gemotoriseerde wagen zijn wijk. Vanaf 1964 kreeg de melkman concurrentie van de opkomende supermarkten, die vanaf dan ook melk mochten verkopen. Het aandeel van de melkhandelaren daalde. Veel melkhandelaren breidden hun melkhandel uit met kruidenierswaren, sommigen in de vorm van een rijdende winkel (SRV-wagen).
Lees meer verhalen over Borne
Meer over cultuur in Borne
Volg het nieuws uit Borne
Tekst en foto: Marlene Wissink
Een productie van RTV Borne