Column 20 – “Als een olifant in een porseleinkast!”

De Bornse Marianne Webster heeft in maart 2018 haar enig kind, haar 18-jarige zoon Mike, verloren aan de meningokokbacterie. Naar aanleiding van deze heftige gebeurtenis heeft ze haar leven radicaal omgegooid, onder andere door een tijd vrijwilliger te zijn in een hospice. In haar columns vertelt ze wat haar heeft geraakt of welke nieuwe inzichten ze heeft gekregen, na de dood van haar kind.

Heb je wel eens gehoord van het experiment waarbij proefpersonen niet aan een roze olifant mochten denken? Eigenlijk was het een witte beer, maar de roze olifant is veel bekender, dus die houden we erin. De testpersonen mochten eerst vijf minuten niet aan een roze olifant denken. De volgende vijf minuten moesten ze er juist wel aan denken. Tijdens de test moesten ze op een belletje drukken wanneer ze aan het dier dachten. Het bleek dat de deelnemers die eerder de gedachte aan de roze olifant probeerden te onderdrukken, twee keer zo vaak op het belletje drukten als de deelnemers uit de controlegroep. Dus hoe meer gedachten werden onderdrukt, hoe sterker het tegenovergestelde effect optrad na afloop. Dit terugvaleffect, zoals het genoemd wordt, vind ik heel interessant. Omdat het laat zien dat je met het onderdrukken van gevoelens of gedachten precies het tegenovergestelde bewerkstelligt, namelijk een versterking van datgene wat je juist aan het onderdrukken bent. Heel tegenstrijdig dus!

De mens blijkt sowieso een vat vol tegenstrijdigheden te zijn! Ik kan nog wel een aantal voorbeelden noemen. Je bent of kent ze vast wel: de milieufanaten met zonnepanelen op hun dak en een huis vol spaarlampen, die vervolgens met het vliegtuig op vakantie gaan. Of de arme sloebers die steevast klagen dat ze niet genoeg geld hebben, maar toch steeds de nieuwste telefoons op zak hebben. Of de snoepkonten die handenvol M&M’s eten terwijl ze heel goed weten dat dit niet bevorderlijk is voor hun gezondheid (guilty as charged). De lijst met tegenstrijdigheden is eindeloos en levert steeds een soort spanning op tussen wat je wilt en wat verstandig is. De natuurlijke reactie daarop is het onderdrukken van één van de twee gedachten. Maar daarmee wordt de tegengestelde gedachte, net als in het experiment, juist vaak versterkt. Ik wíl wel stoppen met snoepen, maar hoe meer ik mijn best doe, hoe groter mijn trek wordt in een chocolaatje! 

Mensen gaan vervolgens hun eigen gedrag goedpraten, zodat ze zich wat minder schuldig hoeven te voelen. Recht praten wat krom is, met excuses als: “Het vliegtuig vliegt sowieso, met of zonder mij!” of “Ik draag mijn steentje al bij aan het milieu, want ik ben donateur van Greenpeace!”. Of “Een goedkoper mobieltje gaat eerder stuk en dan ben ik alsnog duurder uit!” en mijn eigen favoriete excuus: “Als ik niet snoep, heb ik meer stress en dat is ook niet goed voor mijn gezondheid!”.

Herkenbaar? Nee? Nou, ik durf te wedden dat jij de volgende tegenstrijdige gedachten wel eens hebt gehad: Spinnenwebben prachtig vinden zoals ze tot een waar kunstwerk gesponnen zijn. Totdat je er met je hoofd doorheen loopt!!! Gadver! Dan vind ík ze in ieder geval toch echt een stuk minder fascinerend! Dit is maar een heel flauw voorbeeld, maar zie je hoe snel je tegenstrijdige gedachten over iets kunt hebben? Eén ziel, meerdere gedachten! Je zou haast denken dat we allemaal schizofreen zijn!

Ik heb regelmatig een dubbel gevoel over iets, zoals bijvoorbeeld over het plaatsen van verdrietige berichten op social media. Enerzijds doe ik dat omdat ik mijn ei kwijt moet over het verlies van Mike, maar anderzijds wil ik mijn Facebookvrienden niet ongemakkelijk maken met al mijn verdriet. Daarom plaats ik heel bewust ook af en toe een positief of grappig bericht. Eigenlijk een beetje de omgekeerde wereld, waarbij ik rekening probeer te houden met de gevoelens van een ander, terwijl ík juist degene ben die wel wat consideratie kan gebruiken. Maar zoals ik al schreef in een eerdere column, de samenleving vindt dat emoties moeten worden geuit, maar tegelijkertijd mag dat ook weer niet te lang duren, want dan wordt men het zat. Opnieuw die ambivalentie! 

Een lotgenote schreef van de week dat zij gestopt is met het op die manier uiten van haar verdriet, omdat het voor haar omgeving te heftig was. Dat is toch eigenlijk te triest voor woorden? Zij is degene die het ergste mee heeft gemaakt wat een mens kan meemaken en de omgeving kan er dan niet mee omgaan? Opnieuw die omgekeerde wereld, waar ik niks van snap! Door dit onbegrip wordt de eenzaamheid, die wij als ouders van een overleden kind voelen, alleen maar groter. De wereld begrijpt ons niet (Ben je er nou nog niet overheen?) en wij begrijpen de wereld niet meer (Hoe kan iemand nou denken dat je ooit over de dood van je kind heen kan komen?). En dus kroppen steeds meer lotgenoten hun verdriet noodgedwongen op. Terwijl uit bovenstaande blijkt dat juist door het onderdrukken de gevoelens of gedachten uiteindelijk als een boemerang terugkomen en alleen maar worden versterkt! Op deze manier wordt het verdriet dus méér in plaats van minder. Zo erg, dat het sommigen van ons bijna verstikt. Daarom is mijn goedbedoelde advies aan mijn lotgenoten: Blijf jezelf en onderdruk je verdriet niet, alleen omdat een ander het niet meer wil horen! Want verdriet knip je niet uit je leven, hoe hard je het ook probeert!

En als ik dan toch bezig ben, dan hierbij ook nog een vriendelijk verzoek aan de omgeving: Ook al ben je het soms zat, blijf alsjeblieft luisteren! Zie de gebroken mens achter het verhaal waar je misschien geen zin in hebt. Scheep het niet af met een “Alles komt goed”. Dat klinkt voor jou misschien opbeurend en troostvol, maar dat niet altijd alles in het leven goed komt, dat weet toch iedereen? Denk dus alsjeblieft na over je woordkeuze! Want wie zich gedraagt als een olifant in een porseleinkast, heeft geen oog voor de gevoeligheden van een ander. Potjandorie, daar heb je die olifant weer!! Net nu ik er even niet meer aan dacht!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *